Mam, heb je al een gesprek met de juffrouw gehad? Zo rond de herfstvakantie worden op de scholen van mijn kinderen de eerste ‘tien minuten gesprekken’ gevoerd. Een kort gesprek om te horen hoe het gaat op school. Alle vier zitten ze in een nieuwe klas met andere leerkrachten. Mijn zoon heeft twee jaar dezelfde leerkracht gehad en heeft nu een nieuwe juf. Als je haar spreekt wil je dan niet zeggen dat ik heel slordig ben? Dat weet ze nog niet namelijk’. Ik moest hier erg om lachen. ‘Dat is toch mooi’ , zei ik. ‘Heb je nu de gelegenheid om gewoon netjes te zijn’. In het bedrijfsleven zouden ze zeggen dat zijn imago( het beeld dat de buitenwereld van hem heeft) gunstiger is dan zijn identiteit ( hoe hij werkelijk is). Maar zowel kleine jongens als ‘grote jongens’ weten dat de kans groot is dat je dan vroeg of laat door de mand valt. De optimale situatie is natuurlijk als imago en identiteit met elkaar in overeenstemming zijn. En dat is een hele klus waar veel bedrijven, organisaties en communicatiedeskundigen heel druk mee zijn. Het imago en de identiteit zijn ook belangrijk bij het aantrekken van juiste medewerkers en het behouden van goede medewerkers. Voor bedrijven en organisaties is het belangrijk vast te stellen wat hen aantrekkelijk maakt om voor te werken. Hoe men zich profileert op de arbeidsmarkt. Los van mooie wervingsadvertenties, gericht op de doelgroep, bepalen de ‘kleine’ dingen mede het beeld wat de sollicitant van de organisatie heeft. Het gedrag wat men laat zien tijdens een sollicitatieprocedure bijvoorbeeld. Tanja is een vrouw van 35 jaar, die ik in opdracht van een onderneming die de activiteiten beëindigt begeleid naar ander werk. Zij is erg actief aan het solliciteren en zij ervaart nu dat er enorme verschillen zijn in de benadering en afhandeling van haar sollicitaties. Ze is goed opgeleid en beschikt over de juiste werkervaring om een baan in de door haar gewenste richting te vinden. ‘ Ik heb de laatste maand zo’n vijf brieven verzonden. Van twee bedrijven kreeg ik netjes een ontvangstbevestiging en van één bedrijf heb ik helemaal niets gehoord. Toen ik er achteraan belde, gaven ze aan dat ze door wisselingen op de P&O afdeling een kleine achterstand hebben.’ ‘Maar’, zo vervolgde Tanja, ‘ze komen erop terug’. Nooit meer iets van gehoord. ‘Nou goed, daar wil ik überhaupt al niet meer werken’. Vorige week had ze een gesprek bij een grote verzekeraar. Het bedrijf maakte een professionele indruk en het gesprek was zeer goed verlopen. Uiteindelijk kwamen ze samen tot de conclusie dat de baan toch niet helemaal aansloot bij haar achtergrond. Na het gesprek kreeg ze nog tips en feedback over haar cv en advies over mogelijke andere functies. ‘Ik heb aangegeven dat ik een oud collega zal vragen haar cv te sturen naar dit bedrijf omdat zij over specifieke kennis en ervaring beschikt waar ze veel aan kunnen hebben’. Geen ‘match’ dus voor Tanja, maar ze vertrok wel met een goed gevoel over deze werkgever. Niet alleen een sterk beeld naar buiten toe, maar ook sterk gedrag in de praktijk. Nu mijn zoon nog!
Jacqueline van Vreden