Afgelopen week nieuws in de krant. De wijkverpleegkundige komt terug in de thuiszorg! Nu denk ik meteen aan zuster Brink uit mijn geboortedorp. De ongetrouwde, zeer toegewijde wijkverpleegster die 24 uur per dag met haar werk bezig was en op haar fiets een bekende verschijning in het dorp was. Die alle inwoners uit het dorp persoonlijk kende en die niet schroomde haar adviezen luid en duidelijk te ventileren. Die mijn moeder erop attendeerde dat het laten spelen van mijn jongere zusjes ( toen 3 en 4 jaar) met speelkaarten niet gewenst was omdat dit kroegbezoek op latere leeftijd in de hand zou werken. Kijk, zeg ik regelmatig tegen hen…,’ daar is het al mis gegaan met jullie’.
Nu weet ik ook wel dat de wijkverpleegster van vroeger niet meer terug komt. Maar dat we zijn doorgeschoten is duidelijk. Er is door tijdgebrek, vanwege efficiëntie eisen en de financieringsstructuur van de zorg, steeds minder tijd en aandacht voor de patiënt en er komen steeds meer verschillende zorgverleners bij de patiënten over de vloer. Dat er nu een beweging is waarbij dit onderkend wordt en dat men ervan overtuigd raakt dat persoonlijk contact en kleinere teams beter werken, lijkt mij een uitstekende zaak.
Contact maken, aandacht geven, iemand die betrokkenheid toont en jou ziet als mens, daarvan blijkt, ook uit wetenschappelijk onderzoek, dat dit bijdraagt aan het effect van een behandeling. En niet alleen in de gezondheidszorg. Zoals een boer weet dat als je contact maakt met de koe deze meer melk geeft, raakt ook het bedrijfsleven er meer en meer van overtuigd, dat echt contact met en aandacht voor medewerkers en klanten meer betrokkenheid, binding en resultaat genereert.
Een goede graadmeter is vaak om jezelf de vraag stellen hoe je behandeld zou willen worden. Zo gaf ik onlangs een training aan leidinggevenden van een productiebedrijf. Pratend over dit onderwerp bleek dat zij het zelf ook als prettig hadden ervaren dat hun baas, los van de procedures, contact van mens tot mens met hen heeft. Niet alleen contact opnemen bij ziekte omdat de procedure dit voorschrijft. Of de verjaardagen van medewerkers opslaan in de blackberry en dan een standaard sms sturen. Nee, echte aandacht dat werkt veel beter.
Een vriendin van me, die rector op een school is, vertelde dat zij op een reünie aangesproken werd door een oud leerling. Hij bedankte haar voor de aandacht en het vertrouwen dat zij altijd in hem had gehad ook al gaven zijn prestaties en gedrag daar niet altijd aanleiding voor.’ Ik vond u vaak lastig, maar u geloofde wel in me. Door u is het toch goed gekomen met mij’! Ik moest daarbij denken aan Ciske de Rat. Met een moeder aan de drank en een vader op zee, maar toch nog goed terecht gekomen dankzij de aandacht van meester Bruis.
Persoonlijke aandacht heeft altijd het meeste effect. Of het nu gaat om patiënten, medewerkers of leerlingen. Of om koeien.
Jacqueline van Vreden